Muziek van vaderlandse bodemMijn eerste investering in muziek was de langspeelplaat "Wish you were here" van Pink Floyd. Etherische klanktapijten.... De enige gelegenheid om hem te beluisteren was draaien op de platenspeler in de huiskamer van mijn ouders. Zij konden mijn euforie niet begrijpen en zeker niet waarderen. In het begin van mijn muziekloopbaan scoorde ik veel platen. Ik had er echter weinig kijk op. Op school bemerkte ik een schisma tussen de hard rock- en de symfonische jongens. Bij de eerste groep vielen namen als Deep Purple, Uriah Heep, maar ook Led Zeppelin. Tot de tweede groep behoorden Yes, Genesis, Mike Oldfield, Camel, Supertramp. Ik dacht dat ik bij die laatste het beste thuishoorde. Het leek me wat doordachter, met wat fijnere intelligentie wellicht. Zo kocht ik dan maar op de bonnefooi Foxtrot van Genesis. Yes, in de roos! Yes inderdaad ook, de Yes-album, met die man met een poot in het gips op de hoes. Ik draaide een keer in het weekend Foxtrot. Mijn oudere broer die in Eindhoven studeerde merkte dat op en zei "Hee, die ken ik, ik ben onlangs naar een concert van hun geweest". Daarmee stak hij mij de ogen uit. Hij deed mij ook kennismaken met de muziek van Bots. Een Nederlandstalig bandje uit het rode Eindhoven met geëngageerde linkse teksten. Zinsnedes als "Ik ben een man, ik ben een jager, ik jaag de zuster van mijn zwager", "Pro deo voor de EO, de christelijke band" en "Ik ben nu machtig als directeur, dat staat te lezen op mijn deur", brachten mij al vroeg diep aan het nadenken. Ik probeerde tips op te vangen via recensies in de muziekkrant OOR. Als een groep werd geduid als geïnspireerd op iets bekends en goeds, dan was ik meteen geïnteresseerd. Zo scoorde ik "In the land of grey and pink" van de band met de wat stupide naam Caravan, en ook obscure platen van Gentle Giant en King Crimson. Op mijn eindexamenfeest kreeg ik van mijn zwager al cadeau "Nobody can wait forever" van Alquin, een Nederlands studentenbandje, opgericht in Delft, waar mijn zwager ook gestudeerd had, genoemd naar de studentensociëteit Alquin (spreek uit: Alkwien). Die plaat was ok. Ik mocht de groep live aanschouwen op een Kerst-avond in een sociëteit in Blerick. Het was een buitenkans om aan de ouderlijke kerstsfeer te ontsnappen. Mijn platenkoopwoede ging door toen ik in Eindhoven ging studeren. Ik kocht via de studentenwinkel een occasion-versterker en Thorens-draaitafel. Een vriend van mijn broer maakte, onder mijn toezicht, een paar zelfbouw-boxen. Dat viel reuze mee. Wat tweeters, wat woofers, een verdeelsysteempje, wat dempingsmateriaal twee houten kasten, wat meters snoer en klaar is Kees (ze functioneren nog steeds bij mij hier beneden). Ik verhuisde naar het studentenhuis annex de woongroep van 7+. Ik kreeg al snel via doorschuiven een heel mooie kamer met deur naar het dakterras. Mijn kamer bevond zich boven de woonkeuken. Dat was handig, want als er daar gekaart werd en men zocht een vierde man, dan hoefde er enkel met de bezem een paar keer tegen het plafond gepookt te worden. Naast mij woonde Joris, van mij gescheiden door een flinterdun muurtje. Joris, student wiskunde, draaide met veel genoegen de LP Desire van Bob Dylan. Bij de eerste tonen van het nummer Hurricane schoot ik al ik de kramp. "Tudiehhh, tuddedehhhh... Pistol shots ring out in the barroom night.....". Joris begeleidde Bob dan ook nog met een onrustig getrappel op de vloer. Daarmee rolden de oplossingen van zijn sommen zo uit de mouw. Ook populair bij hem waren echter Thick as a brick van Jethro Tull en vooral laat op de avond: Get Ready van Rare Earth. Daar kon ik het bij uithouden. Wat mij ook bijbleef: de Mountain Queen van Alquin. Ik draaide vooral werk van Yes, Genesis en Jetthro Tull. Ook Raymond van het Groenwoud kwam in zwang. Als hij maar even in de buurt was met een optreden, dan was ik van de partij. Wat staat er nu in mijn canon van de muziek van Nederlandse makelij? Ik som op in willekeurige, en vaak associatieve volgorde en zet er enkele opmerkingen bij. Bots: linkse bewustwordingsmuziek tijdens studie 2002 |