¡Vamos Felipe!
Veldrijden, het is voor de koortsige koersliefhebber toch veel
meer dan slechts overbrugging van de tijd tussen Lombardije en De
Omloop. Overwinteren inderdaad, in de zetel onder een plaid en een
warm opkikkertje bij de hand. Nu Mathieu nog niet zijn opwachting
heeft gemaakt, schittert elke cross ook nog in spanning. Niet
alleen bij de dames dus, maar ook bij de heren. De kracht van de
cross is dat de complete wedstrijd zindert, van start tot finish
is de hartslag opgepompt, beslissende momenten buitelen over
elkaar. Altijd een intens uurtje in een hogedrukketel. Het
kruidige taaltje van Paul Herijgers als smeuïg sausje.
Het Sint-Janskruid tegen de winterdepressie.
De graphics van het parcours schetst het beeld van een bord vol
spaghetti. Publiek waaiert kris-kras uit. In kaplaarzen door de
modder banjeren, een glimp willen opvangen van de koplopers, op de
paraplu de naam van de Vlaming die men supportert. Een enkele
grapjas verkleed als Sinterklaas of Zwarte Piet.
De walm van frieten, de pintjes klotsen in plastic
wisselbekertjes.
Baggeren op een opgepimpte barrel door het boerenland, klieven
door het zand, de fiets meezeulend op de schouder, het renpaard
over de balkjes tillen sierlijker dan in de races van Ascot. Een
residu van voorbije tijden. Asfalt? Ja, alleen om de renners op
gang te schieten, en om ze daar weer hartelijk te ontvangen (en om
tussentijden door te geven). De cyclocross, in de taal van de
kleine schermpjes vaak aangegeven als CX.
De Aardbeiencross, de Ethias Exact Cross, Azencross, of de X²O
Badkamers Trofee, namen die qua olijkheid met onze
Keukenkampioendivisie kunnen wedijveren.
Het reclameplastic met Willy Naessens (godweet wie dat is) wappert
ouderwets over de afzettingen, groot contrast met die nerveuze
reclamebordwisselingen rond Champions Leaguewedstrijden.
Je kunt het een Open Kampioenschap der Lage Landen noemen, waar
Vlamingen en Ollanders de dienst uitmaken, een enkele keer
opgefleurd met een verdwaalde Tsjech of Brit. Ooit deden Italianen
of Zwitsers mee om de knikkers. En nu dan die ene Spanjaard, de
exoot van dienst. Luisterend naar de naam Felipe Orts Lloret, hier
afgekort tot Felipe Orts, of voor intimi Felipe. Felipe Orts is
geen cult, zoals ooit Franz Krienbuhl in het schaatsen zijn
rondjes afwerkte of om bij hetzelfde land te blijven de Spanjaard
Antonio Gómez.
Een Spaanse vlag wappert al een tijd fier bij elke tochtige cross.
Naar ik begrijp nog stammend uit de tijd dat Felipe als commensaal
ingekwartierd was bij een cross-liefhebbende familie in
Vlaanderen.
Ondanks alle onderweg verzamelde slijk en smeur blijft hij goed
herkenbaar in zijn Spaanse kampioenstrui. In eigen land een
eenoog, hier blinkt ie duidelijk. Zeker dit jaar met de
ontbolstering. Het EK in Pontevedra de doorbraak. Plots klettert
de ketchup volop uit de fles. Don Felipe Orts strooit de
podiumplaatsen als pepernoten in elke Vlaamse hoek.
Weten we genoeg van deze nieuwe ster aan het firmament? Uw
eenvoudige dienaar in de wijngaard van deze gewijde blog besluit
de koe bij de horens te vatten.
Om grote schrijvers te kunnen spreken moet je aankloppen bij hun
literair agent. In dit geval is Ann als verantwoordelijke van de
public relations voor Ridley, het team waar Orts sinds kort voor
rijdt, mij gezwind ter wille: "Kan je me de vragen bezorgen ajb?
Dan leg ik ze aan hem voor."
Zoals gezegd, Orts is recent overgestapt van ploeg. Hij heeft
Traditionsverein (slecht Spaans) Burgos BH verlaten en is in iets
nieuws gestapt: Ridley Racing Team, onder de vleugels van de
gepokt en gemazelde Richard Groenendaal.
Ik vraag hem hoe belangrijk deze stap was.
"Voor mij een grote stap, mijn motivatie krijgt er een boost van!
Richart (zoals Felipe de naam spelt) was een groot renner, altijd
ziet hij een detail waarop ik kan verbeteren. Trouwens de
volledige begeleiding vanuit het team sluit goed aan bij mijn
wensen. Mijn huidige ploeg leeft helemaal voor de cross. Bij
Burgos was dat anders, die ploeg ging voor de koersen op asfalt."
Felipe Orts Lloret is van 1 april. In Spanje doen ze niet aan
dergelijke grappen. 29 jaar inmiddels, het kostte wat tijd om te
rijpen. Geen stoomboot die is gearriveerd maar een volwaardige
crosser, nu herhaaldelijk meestrijdend in de vuurlinie, vaak met
autoriteit en coraje. Winst in Rucphen, en daarnaast
podiumplekken in Niel en Hamme. "Aim geppie", klinkt het dan in
het flash-interview.
Ik vraag of hij zichzelf ook verbaasd heeft.
"Ja, de resultaten zijn tot nu toe fantastisch. Maar elk jaar zijn
we met het hele team minder verrast dat ik met de besten meekan."
Het zilver bij het EK in Pontevedra (hemelsbreed nog ver
verwijderd van zijn thuisbasis in Allicante) was een doorbraak.
Het publiek kon een opsteker wel gebruiken, het land gedompeld in
rouw na de watersnoodramp bij València. Ook bij Orts ging het niet
in de spreekwoordelijk koude kleren zitten.
"Wij waren allen zeer geëmotioneerd door hetgeen zich daar in de
regio heeft afgespeeld. Het EK was om die reden ook extra
gecompliceerd, om ons goed te concentreren op de wedstrijd."
Volgend groot doel dit seizoen is de Wereldbeker in Benidorm,
nagenoeg een thuiswedstrijd.
Ik vraag hem wat zijn verdere doelen of plannen op langere termijn
zijn. Gaat hij Mathieu van der Poel, Wout van Aert en Tom Pidcock
achterna? Die geven uiteindelijk toch min of meer de voorkeur aan
koersen op het asfalt. Zijn antwoord toont relativering en
zelfkennis.
"Op dit moment geeft het team van Ridley mij zoveel vertrouwen,
daarom dat mijn prioriteit voor zo lang mijn carrière duurt de
ciclocross [Spanjaarden zeggen ciclocross in plaats van
cyclocross] zal zijn. Ik vind dat ik nu al zoveel succes heb
behaald, ik bedoel in een omvang waar ik niet van had kunnen
dromen. In feite heb ik geen target of ultiem doel om mijn
loopbaan mee te willen afsluiten. Ik ben een veel completer renner
geworden. Niet alleen de modder of het zand passen mij. Dat
verklaart mijn successen tot nu toe.
In plaats van asfalt zal ik eerder experimenteren met MTB of
Gravel."
Ook binnen eigen Spaanse contreien is het uitzonderlijk dat een
niet-Baskische renner zo dominant is, grossierend in
kampioenstruien. Felipe zegt daar het volgende op.
"Ja het kostte mij zeker moeite om in het begin een plaats aan het
Baskisch front te verwerven. Ik zou zogezegd alleen over het
strand kunnen crossen. Ik heb snel het tegendeel bewezen. Al snel
werd het Baskenland mijn thuishaven voor de CX."
Het Baskenland, waar onze jongens van Duytschen Bloedt ook
schitterden, op belangrijke momenten.
In bijvoorbeeld Tolosa, het WK van 1981: Hennie Stamsnijder, die
eindelijk kwelgeesten Liboton en Zweifel achter zich liet, op een
op zijn lijf geschreven zwaar modderig parcours. Lopen met een
fiets op de schouder, dat kon Hennie.
Of Getxo, het WK van 1990, daar verraste Henk Baars. Hij wilde de
koers openen voor kopman Adrie van der Poel, en bleef weg.
Meest roemrucht is toch de wereldbekerkoers in Igorre, helaas ook
ter ziele. Plakkerige leemgrond, regenvlagen uit de golf van
Biskaje, tientallen hoogtemeters in de weiden rond het ingeslapen
stadje. Ik passeerde er ooit op eigen trekkersfiets, en vroeg het
na in het lokale etablissement. "Waar speelde zich die
legendarische wedstrijd af?"
Ze wijzen wat in de verte. "Daar, achter die boerderij." Met eigen
ogen kon ik constateren dat daar nu niets meer van te zien is. Om
maar te illustreren hoe de cross als vanzelf opgaat en verdwijnt
in het landschap.
In Vlaanderen ervoer Orts hetzelfde wantrouwen als bij zijn
opwachting in het Baskenland in het begin. "Waar komt deze tío
vandaan?" Nu is het een warm bad. "¡Vamos Felipe!" klinkt het
vanaf verschillende plekken van het parcours. De Vlaming weet de
Spaansche Brabander kennelijk goed te waarderen.
En dat bevestigt Felipe Orts: "Ja!! Ik heb me altijd zeer geliefd
gevoeld in België! En sí claro, voel ik me een exoot, maar
momenteel ervaar ik dat als een voordeel, nadat ik in de eerste
jaren van mijn entree in Vlaanderen nog veel achterstand had."
Ik vraag hem naar zijn favoriete CX. Orts zegt Loenhout. Vorig
jaar stond hij er reeds op het podium, naast de oppermachtige
Mathieu van der Poel. Orts niet alleen door hemelwater doorweekt
maar vooral met eigen traanvocht wegens een overleden dierbare
oom.
Noteer vast in uw agenda: vrijdag 27 december 2024 de Exact
Azencross te Loenhout.
Is Felipe bang voor de eventuele terugkeer in het veld van de
kanonnen Mathieu, Wout en Tom Pidcock?
"¡Hombre no! Op dit moment denk ik daar niet aan. We beleven
momenteel zonder hen fantastisch spannende ritten. Ze zijn welkom,
altijd extra spektakel met hen."
Ter afronding vertel ik Orts dat ik ergens op de socials las dat
zijn bijnaam ‘el patillo’ (het eendje) is, of hij weet hoe
ze daar bij zijn gekomen.
"Hahaha, dat hoor ik hier voor het eerst."
El Patillo? Makkers staakt uw wild geraas, vanaf nu hebben we het
over Felipe el Hermoso, Filips de Schone.
Ps. Update afgelopen zondag 1 december,
Dublin. Felipe Orts
blijft historie schrijven. Hij is de 1e Spanjaard met
een podiumplek
op de Wereldbeker CX.
Marc Peeters
December 2024
|